UA-147668643-1
Zwijgen zegt vaak veel meer dan spreken. Zilver is spreken, zwijgen is goud. Wij communiceren constant non verbaal met elkaar. Onze non-verbale communicatie is vele malen sterker dan onze verbale communicatie. Je kan er soms voor kiezen om in een situatie je mond te houden. Of een beetje te liegen. Maar je lichaamshouding en je lichaamstaal zullen dan waarschijnlijk je verbale communicatie tegen spreken of je zelf verraden. Ons lichaam liegt niet. Ons lichaam is niet gemaakt om te liegen. Dat de natuur ons zo heeft gemaakt, is dus eigenlijk heel mooi, heel puur.
Bij mij zal je snel van mijn gezicht af kunnen lezen wat ik van iets vind. Ik ben heel slecht in een “masker” opzetten. In ieder geval wel bij de mensen die dicht bij me staan. In een onbekende situatie kan ik het wellicht nog redelijk verbloemen. Maar anders is het gewoon: What you see, is what you get. Daarnaast praat ik graag met mijn handen. Ik had dit helemaal niet door, tot iemand een keer tegen me zei: Heb jij door dat je heel veel met je handen praat, als je een verhaal vertelt? En toen ging ik er dus op letten, vet irritant. Maar toch houd ik ervan om met mijn handen te praten, grote gebaren te maken. Zou dat de actrice in mij zijn? Met de grootste gebaren? Of heb ik gewoon het idee dat mijn verhaal beter overkomt als mijn verbale en non-verbale communicatie samen komen, samensmelten.
Afgelopen week volgde ik een workshop: non-verbale communicatie in zingen. Super interessant. Ik was onderweg naar de workshop en ineens was er file op de weg, een ongeluk. Aangezien dit vlak voor me neus gebeurde, stond ik er ineens midden in. Shit! Ik belde naar de contactpersoon van de workshop om door te geven dat ik helaas vertraagd was. Ik wrat mezelf op achter het stuur en kwam uiteindelijk oververhit en een half uur te laat binnengestormd. Gelukkig was niemand boos of verontwaardigd en kon ik meteen inspringen in het geheel. Nou, ik had in ieder geval een memorabele entree gemaakt, zal ik maar zeggen.
Later in de workshop deden we een oefening waarbij we elkaar diep in de ogen moesten kijken, wat best een dingetje is, als je dat met iemand moet doen die je nog geen uur geleden hebt ontmoet. Ik stond tegenover een vrouw en voelde een intens verdriet. Het verdriet verzachte na een tijdje en ging over in een wat vrolijker en vrediger gevoel. Ik vroeg haar daarna waarom ik zoveel verdriet bij haar ervoer. Ze zei dat ik als twee druppels water leek op de nieuwe vrouw van haar ex-man, die ze haatte. En dat ik haar meteen opviel toen ik te laat binnenkwam. Nou daar was ik dan mooi klaar mee, dacht ik. Maar ze zei ook dat ik heel mooi was en heel open en zacht en een lieve uitstraling had. En dat ze het toen ineens allemaal wat minder erg vond.
Daarna stond ik tegenover een man die de leeftijd van mijn vader had. We gingen tegenover elkaar staan en ineens deed hij nog een stap dichter naar me toe. We keken elkaar aan en ik zag een soort vaderlijke trots in zijn ogen. Hij gaf me terug dat ik zoveel rust uitstraalde en dat hij daarom voelde dat hij dichterbij mij wilde zijn. Ik vertelde hem, dat ik het wel leuk zou vinden als hij mijn vader was geweest. Daar was hij zo blij mee. Hij had helaas nooit kinderen mogen krijgen en ik mocht zeker zijn dochter zijn.
In de pauze kwam er een man naar me toe. Hij zei: wat heb je mooie ogen. Die zijn echt he? Hij vertelde dat hij opticien was en dat mijn ogen meteen opvielen toen ik binnenkwam.
Blijkbaar bracht ik van alles teweeg bij deze mensen toen ik de verlaat de workshop in stapte. Geen weet hebbende daarvan. Ik was vooral bezig met mijn file irritatie en het feit dat ik voor lul stond omdat ik te laat was. Maar deze persoonlijke dingen die deze personen mij toefluisterden, waren een cadeautje.
Als we enkel en alleen non-verbaal met elkaar gecommuniceerd zouden hebben, dan had ik de verhalen en de associaties die deze personen met mij hadden, nooit gehoord of gezien. Ik kreeg een kijkje in hun hoofd. En dat was heel bijzonder. Ik ben zeer sensitief. En ik voel vaak veel bij mensen. Maar ik kan niet altijd alles zien en kaderen. En deze non-verbale gesprekken, kregen uiteindelijk een verbaal verhaal. En dat maakt ons mensen zulke mooie wezens, wij zijn verhalenvertellers. Met grootste gebaren, of iets kleinere.
Eva