Ik ben in rouw
13 april 2020Corona kilo’s
25 april 2020Ik werd vanochtend badend in het zweet wakker. Ik had een nachtmerrie gehad. En ondanks dat ik altijd veel droom, heb ik gelukkig niet vaak een nachtmerrie. Maar vannacht dus wel. Ik moest eerst even goed om me heen kijken om me te realiseren waar ik was, welke dag het was en wie ik zelf ook alweer was. En toen kwamen de beelden uit mijn droom langzaam terug. Ik herinner me dat ik op straat liep, maar dat ik helemaal niemand zag. Rotterdam leek in een soort spookstad veranderd te zijn. Het was een zonnige lentedag en de natuur was volop in bloei. Ik snoof de heerlijke geur van bloemen op en voelde de warmte van de zon heerlijk tintelen op mijn huid. Tijdens deze gewaarwording had ik even een momentje van intens geluk. Ik liep mijn straat uit om te onderzoeken wat er aan de hand was, waarom ik geen mensen zag. Ook alle winkels en restaurantjes waren gesloten alsof al het leven uit de stad was verdwenen. De speeltuinen en parken waren ook leeg. In de verte kwam een auto aangereden. Hij kwam langzaam dichterbij en ik zag dat het een ambulance was. Hij reed in een sneltrein vaart richting het ziekenhuis. Niet lang erna kwam er een trauma helikopter langs gevlogen, ook richting het ziekenhuis. Een gevoel van angst bekroop me ineens. Ik keerde om, om terug naar huis te lopen en ineens zag ik mensen binnen zitten, een gezinnetje, achter het raam. Ze zagen er op het eerste gezicht gelukkig uit, rustig en vredig. Maar toen ik dichterbij kwam zag ik dat hun blikken leeg en hol waren. Toen ik verder liep zag ik nog meer mensen binnen zitten. Ik begreep het niet. Het was zo lekker weer. Normaal zou iedereen nu naar buiten gaan en de lente opzoeken. Er zou een gevoel van euforie en nieuw leven moeten zijn in deze tijd. Maar ik voelde alleen maar angst. Angst en verdriet. Wat was er met de wereld gebeurd? Hoe was ik ineens in deze nachtmerrie beland?
Soms heb je zo’n moment in je droom dat je weet dat het maar een droom is. Dat iets in je onderbewustzijn je vertelt dat het niet echt is en dat je elk moment wakker kan worden om je nare droom te onderbreken.
Ik probeerde mezelf gerust te stellen door te denken, het is maar een nare droom. Ik liep verder naar huis en er begon een gedachte door mijn hoofd te spoken. Hebben we deze wereld te veel voor lief genomen? Hebben we ons te weinig gerealiseerd wat de wereld ons gaf, gratis en voor de niets. De natuur, de zon, het leven. En zijn we te ver doorgedraafd, hebben we te veel gewild, te veel genomen, te weinig gegeven en te veel geëist. En eist de wereld nu haar tol.
Ik kwam thuis aan en liep naar binnen. Ik bedacht me dat dit een goed scenario voor een film of een voorstelling zou kunnen zijn. Hoe interessant het zou zijn hoe we met deze nieuwe werkelijkheid om zouden moeten gaan en wat daar uit voort zou kunnen komen. En hoe we anders met de aarde om zouden kunnen gaan. Terwijl mijn hersens hier zo’n beetje over aan het voort mijmeren waren, bedacht me dat ik dit idee , deze rare droom, meteen op moest schrijven zodra ik wakker zou worden. Ik voelde me moe en uitgeput door de droom en nam me voor om me nog even om te draaien en verder te slapen, maar toen besefte ik me ineens dat ik al wakker was..
Eva